(1885-1952), Amerikaanse psychoanalitica.
Zij promoveerde in de geneeskunde aan de universiteit van Berlijn en emigreerde vervolgens naar de VS waar zij in New York het Amerikaanse Instituut voor psychoanalyse oprichtte (1934). Onder invloed van de theorieën van → Adler en van de → Gestaltpsychologie nam zij afstand van de Freudiaanse leer. Ze kende veel betekenis toe aan het cultureel determinisme; zij toonde minder aandacht voor een nauwkeurig onderzoek naar het verleden en legde de nadruk op actuele moeilijkheden, die volgens haar verantwoordelijk zijn voor het optreden van neurotische neigingen, waarvan zij de functies trachtte te ontdekken. Ze probeerde niet → persoonlijkheidsstoornissen te verklaren via een → conditionering in de kinderjaren, maar de → neurose te begrijpen vanuit iemands → karakterstructuur en omstandigheden. Werken: Zelfanalyse, De neurotische persoonlijkheid van onze tijd. → Droom, Perfectionisme.
