Kerkelijk woordenboek

Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)

Gepubliceerd op 16-01-2023

Martelaarschap

betekenis & definitie

de hoogste daad van de deugd der sterkte (zie Zedelijke Deugden), waardoor men vrijwillig zijn leven geeft voor de verdediging van het ware geloof of een andere Christelijke deugd, om bovennatuurlijke redenen. Het geeft vergiffenis van alle zonden en straffen, mits de martelaar berouw hebbe; voor ongedoopten is het tevens het → Doopsel des Bloeds. Omdat de martelaar voor dit heldhaftig sterven een bijzondere hulp van God noodig heeft, is het feit, dat de Kerk in alle tijden en landen een groot aantal martelaren gehad heeft een bewijs van haar goddelijkheid. Het bewijs van het martelaarschap zit dus niet in het persoonlijk getuigenis, maar in de hulp van God. Immers, wordt deze veelvuldig gegeven, dan blijkt zij bedoeld te zijn als getuigenis voor de leer, die de martelaren belijden.