Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 04-07-2019

Gezaghebber bij het B.B

betekenis & definitie

Gezaghebber bij het B.B. - ➝ Nederlandsch-Indië (sub Bestuur).

Gezagsargument is een argument, dat tot kennis brengt en een stelling en bewering doet aannemen, precies omdat iemand, die in de betrokken zaak als gezaghebbend, d.w.z. deskundig, wordt beschouwd, het zegt. Het staat daarom tegenover een inzicht-gevend argument, dat de reden, het waarom van de waarheid van de stelling laat zien; het g. doet alleen aannemen, dat het zoo is. Maar het doet dit werkelijk aannemen; een eigenlijk g. legt niet alleen het zwijgen op aan een tegengestelde meening; of bepaalt er zich niet toe iets met het oog op de eischen van het practische leven als waar te veronderstellen (pragmatisme). Een gezag kan aanvaard worden, terwijl men zich én van de gemotiveerdheid én van de begrensdheid ervan bewust is, zooals men een wiskundige laat beslissen in wiskundige kwesties, maar het kan ook zonder voorbehoud worden aanvaard en zonder bewust beroep op de deskundigheid van de zegslieden, zooals bijv. het gezag van de ouders voor de jonge kinderen. Het gebruik van g. is daar uitgesloten, waar iedereen voor zichzelf kan oordeelen, nl. bij de eenvoudige zintuiglijke waarneming en bij de allereerste beginselen, die iedereen van nature inziet, bijv. dat het geheel grooter is dan zijn deelen; terwijl het eigen terrein van g. daar ligt, waar inzicht onmogelijk is, nl. het bovennatuurlijke. Het verstand reageert op g. met ➝ geloof.