Daimio - (lett. Groote Naam) was de titel van de feodale heeren of baronnen van Japan, wier positie ongeveer overeenkwam met die onzer Westersche ridders of baronnen uit de middeleeuwen. Onder de Tokoegawa-dynastie van het Sjogoenaat (1603—1867) hadden de daimio’s van den laagsten rang landbezit, geschat op 10 000 balen rijstopbrengst per jaar, en de hoogste daimio, die van Kaga, bezat land, dat 1 millioen balen rijst opbracht.
Het totaal aantal daimio’s, allen vazallen van den → Sjogoen in de moderne tijden van de 19e eeuw, was 300.
Lit.: J. H. Grebbins, The Feudal system under the Tokugewa Shoguns (XV, 2e gedeelte, Asiatic Transactions). Borel