Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

Gepubliceerd op 02-01-2020

RASSENVRAAGSTUK

betekenis & definitie

als wetenschappelijk vraagstuk speelt vooral in anthropologie en ethnologie een rol en omvat dan de indeling van de mensensoort in hoofdstammen en rassen. Als sociaal, politiek en cultureel vraagstuk stelt het zedelijke en godsdienstige overwegingen mee aan de orde.

In deze zin is het rassenvraagstuk opgekomen met de expansie van Europa over de gehele aarde, de onderwerping der gekleurde rassen, het kolonialisme. De Europese overheersing riep de mythe van de superioriteit van het blanke ras in technisch, wetenschappelijk, sociaal-politiek (democratie) en geestelijk-godsdienstig (Christendom) opzicht in het leven en voedde haar; zij wordt thans door de opstand der gekleurde rassen over de gehele linie ontkend.

In de koloniale samenleving komt het rassenvraagstuk scherp tot uiting in wat de Amerikaan Kermedy genoemd heeft de color-line, die op elk gebied zich deed gelden: de barrière tussen de heersende geprivilegieerde groep blanken en de inheemse bevolking, zodat men van een kastensysteem kon spreken. In deze samenleving is het rassenvraagstuk dus duidelijk een sociaal en politiek vraagstuk; mutatis mutandis is het dat ook in de zuidelijke staten van de V.S. en in Zuid-Afrika: de kleurlingen zijn uitgesloten van de economisch en politiek belangrijke posten, het onderwijs wordt hun óf onthouden óf gescheiden en in mindere mate toebedeeld, sociaal contact in de vorm van vriendschap en huwelijk wordt tegengegaan en door de moraalcode veroordeeld (in Zuid-Afrika geldt sinds 1927 een immoraliteitswet, die geslachtsgemeenschap van een blanke man met een naturellenvrouw straft met gevangenisstraf van ten hoogste 5 jaar), de negers worden uit de geschoolde arbeid geweerd enz.

Nu moet men om een billijk oordeel te krijgen uiterst voorzichtig zijn met gemakkelijke generalisaties: de verhoudingen liggen in verschillende delen van de wereld verschillend. Maar het is anderzijds duidelijk: de gekleurde rassen zijn over de gehele wereld in opstand tegen het Westen.

Het probleem wordt gecompliceerd, wanneer bijv. in Amerika en in Zuid-Afrika negers ook tot een christelijke Kerk behoren. Sociale en politieke factoren kunnen dan een consequente beleving van de principiële gelijkheid aller mensen in Christus uitermate bemoeilijken.

De Katholieke Kerk wijst rassendiscriminatie resoluut af. Aan protestantse zijde hebben de Amerikaanse Kerken, verenigd in The National Council of the Churches of Christ in the U.S.A., in een verklaring van 1952 uitgesproken dat zij „the pattern of segregation”, dus de scheiding der rassen, verwerpen als niet noodzakelijk en ongewenst, als een geweldpleging aan het Evangelie der liefde en der menselijke broederschap.

In Zuid-Afrika nemen de Afrikaans sprekende Kerken van het gereformeerde type een conservatiever standpunt in dan de Engels sprekende.

Het rassenvraagstuk heeft op de vergadering van de Wereldraad van Kerken in Evanston in 1954 een ernstig punt van beraad uitgemaakt.

De Assemblée sprak zich tegen iedere vorm van segregatie uit. w. B./J.

C. G.