Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

Gepubliceerd op 02-01-2020

MORAAL

betekenis & definitie

is eigenlijk het feitelijk bestaand geheel van zedelijke opvattingen bij een bepaalde mens of mensengroep. Zij vormt het voorwerp van de moraalwetenschap, die haar volgens verschillen naar plaats en tijd sociologisch beschouwd als een aspect van de cultuur en een positief-wetenschappelijke beschrijving en verklaring er van geeft.

De naam moraal wordt echter ook gebruikt voor de wetenschap, die op vdjsgerige of theologische wijze de beginselen en normen uitwerkt die het zedelijk leven van de mens moeten beheersen. Men gebruikt hiervoor ook de naam ethiek, waarmee men in katholieke kringen gewoonlijk de moraalfilosofie bedoelt (moraal betekent bij hen meestal moraaltheologie), terwijl Protestanten er veelal juist de theologische moraal mee bedoelen.

De moraalfilosofie is een bezinning op het zedelijk handelen, voor zover dit door het menselijk verstand kan worden belicht zonder uit te gaan van Gods Openbaring. Zij ontkent daarmee het bovennatuurlijke niet, doch laat het alleen buiten beschouwing.

Omdat de mens feitelijk tot het bovennatuurlijke geroepen is, blijft zij noodzakelijk onvolledig in haar weergave van de normen volgens welke de mens zijn vrije handelen moet inrichten, maar deze onvolledigheid maakt haar niet zinloos of vals. Waar zij echter beoefend wordt door mensen, die de door de Kerk overgeleverde en vertolkte Openbaring van God niet kennen en aanvaarden, staat zij wel aan een bijzonder gevaar voor dwaling bloot; het betreft hier immers waarheden die een beroep doen op de edelmoedige inzet van de persoon en daarvoor is in onze gevallen toestand Gods Openbaring moreel noodzakelijk, willen zij gemakkelijk, met vaste zekerheid en zonder binnensluipende dwalingen gekend worden (Humani Generis).De moraaltheologie betreft het christelijke leven voor zover dit de gestalte heeft van een vrij antwoord van de mens op de heilsroeping van God, en wil de normen ontwikkelen die leidinggevend zijn voor dit vrije antwoord. Zij is een bepaalde sector van de ene en ondeelbare theologie en vormt slechts een apart werkgebied krachtens werkverdeling en sommige bijzondere methodische eisen. Zij omvat ook de ascetiek en de pastoraaltheologie, die om dezelfde redenen binnen het geheel der moraal aparte werk-kapoets. Het is een teken van hogere jurisdictie en wordt daarom gedragen door paus, kardinalen en bisschoppen. Krachtens privilege of gewoonterecht kan het ook door anderen gedragen worden.