Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

Gepubliceerd op 02-01-2020

MANIPEL

betekenis & definitie

(Lat.: manipulus, handdoek]e) is een onderdeel van de liturgische kleding, dat gedragen wordt door bisschoppen, priesters, diakens en subdiakens, en wel uitsluitend gedurende de mis. Het is een dubbelgevouwen strook, vervaardigd van dezelfde stof en in dezelfde kleur als de kazuifel, en om de linker benedenarm bevestigd.

De oorsprong er van is niet geheel duidelijk. Gewoonlijk brengt men haar in verband met de gevouwen linnen zweetdoek, die in de laat-antieke tijd door hoge burgerlijke ambtenaren als onderscheidingsteken in de hand werd gedragen.

Vanuit Rome is het liturgische gebruik van de manipel in de Karolingische tijd over geheel het Westen verbreid. De tegenwoordige vorm dateert uit de nde eeuw. zie afb. bij Liturgische kleding. c.

A. B.

< >