Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

Gepubliceerd op 02-01-2020

DANS

betekenis & definitie

is de rhythmische beweging van het lichaam, waardoor bij de mens — ook bij het dier komt de dans voor! de gevoelens van vreugde, droefheid en de hele scala daartussenin zich naar buiten uiten. Zo komt met een variant op Vondel de ziel uit het lichaam zwieren.

De dans schijnt de eerste en oorspronkelijkste van alle kunsten te zijn geweest en men ontdekt hem dan ook niet alleen bij alle nu levende primitieve volkeren, maar ook in afbeeldingen van de alleroudste primitieven. Plutarchos noemt de dans de stomme poëzie.

Israël heeft — als het de dans al niet kende — hem kunnen leren tijdens zijn verblijf in Egypte, waar de dans zowel in de liturgie als in het profane leven een grote rol speelde, en heeft er een dankbaar gebruik van gemaakt, zowel ten goede (2 Sam. 6 : 5, 21, David dansend voor de ark; Ex. 15 : 20) als ten kwade (Ex. 32 : 19, de reidansen rond het gouden kalf). Ook de oude Kerk kende de religieuze dans en hield hem in ere.

Johannes Chrysostomos excuseert zich zelfs eens, dat hij niet kan deelnemen aan de liturgische dans, en Basilius zegt, dat dansen de voornaamste bezigheid der engelen is. Het ontstijgen aan de grauwe zwaarte van het dagelijkse leven kan het opengaan der grenzen expressief maken.

In het rhythme van de dansende gemeenschap klinkt de orde in deze wereld samen met de ongeschapen harmonie der goddelijke liefdesbeweging. Misbruiken brachten echter de religieuze dans in discrediet.

De extatische zinnenroes en de erotische prikkeling lagen te dichtbij, dan dat de dans een vast element is kunnen worden in de bezonnen klaarheid van de kerkelijke eredienst. Toch is de dans ook nu nog als para-liturgisch element blijven voortbestaan in het land van de H.

Theresia van Avila, die zelf met haar zusters zo graag danste.

In Sevilla onder het octaaf van Sacramentsdag voeren tien jongens ’s avonds voor het H.

Sacrament een contradans uit. Sacrale dansen in de liturgie zelf vinden we enkel nog bij de Ethiopiërs.Wat de vermaaksdans in de vorm van de moderne gezelschapsdans betreft, kan men vanuit de christelijke levensstijl, die ook de lichamelijkheid van de mens respecteert, zeggen, dat de in de danswereld algemeen aanvaarde vormen op zich als zinvol moeten worden beschouwd. Wanneer zij goed worden gedanst, vormen zij een aanvaardbare, stijlvolle ontspanning en een goede vorm van verkeer tussen de geslachten. Door de goede aandachtsvulling, de vereiste lichaamsbeheersing en de eerbiedige bejegening van elkander kan deze vorm van ontspanning zelfs een paedagogische waarde krijgen. Het slordig dansen echter zonder beheersing van de techniek of zonder zich aan de regels te storen, waarbij de vreugde van het dansen als cultuuruiting gemist wordt, is een der eerste factoren die de moderne gezelschapsdans zeer toegankelijk voor het kwaad maken. Men gaat dan de goede aandachtsvulling en de eerbiedige omgang missen, terwijl ook de houding haar waardigheid gemakkelijk verliest. Daarom behoort men te beginnen met het dansen te „leren”.

De toegankelijkheid voor het kwaad wordt eveneens bewerkt door sfeer en omstandigheden van de dansgelegenheid (muziek, aankleding, enz.), door het feit dus dat vele dansgelegenheden niet aan de noodzakelijke voorwaarden voldoen. Dieper ligt nog de vraag naar de mentaliteit, waarmede men danst. Slechts zij, die gevoel hebben voor de waardigheid van de menselijke persoon, en voor de hoogheid van het „koninklijk geslacht”, waartoe iedere gedoopte behoort, zullen ook van de dans een uitdrukkingsvorm kunnen maken van de blijdschap der kinderen Gods. Zij zullen het aandurven om in zijn speelse vormen en zijn gracieuze bevalligheid de soepelheid van hun persoonlijkheid te demonstreren, die zich toch tegelijkertijd in correctheid en reserve weet te handhaven.

j. v. D./J. W./A. V. R.