('koel) v. (-s) machine om een lage temperatuur in koelhuizen, -kamers enz. te verkrijgen. Enc.
Een koelmachine werkt als volgt. De zuigerpomp Z zuigt het ammoniakgas uit de koelbuizen K in A samen, waar dit door water W afgekoeld en vloeibaar wordt. Daar nu vloeibare ammoniak, die men snel doet verdampen, de temperatuur verlaagt, wordt de damp in de koelhuizen K door de zuigerpomp Z snel weggepompt. De vloeibare ammoniak verdampt en koelt de omgeving af. Koelmachines worden gebruikt om levensmiddelen tegen bederf te bewaren, in bierbrouwerijen, zuivelfabrieken enz.