(knouw) m. (-en; -tje) [< knauwen]
I. Eig. harde beet; de van een hond.
II. Metf.
1. beschadiging, nadeel; een geven; het behang heeft een lelijke gekregen, het is erg beschadigd.
2. bits verwijt : iemand met een - en een snauw wegsturen. Syn.→: grauw.