Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

kabeljauw

betekenis & definitie

(kabəl'jouw) m. (-en ; -tje) [Baskisch] tot 1,25 m lange, groen- of bruinachtige vis, uit welks levervet levertraan wordt bereid (Gadus morrhua) : de leeft aan kusten en zandbanken in het noorden van de Atlantische Oceaan; er kan nog wel een onderdoor, er is nog geld, nog wijn beschikbaar. →: dors, labberdaan, spiering.

< >