m. (-en; -je) [~ glimmen]
1. flauwe, zwakke schijn; geen van hoop, van vernuft.
2. gunstig voorkomen, bedrieglijke schijn: onder de van vriendschap; ergens een aan geven, het mooier, onschuldiger doen voorstellen, doen voorkomen dan het werkelijk is.
Syn. schijn.