Jodendom van A tot Z

Prof.dr. Pieter W. van der Horst (2006)

Gepubliceerd op 14-02-2024

Zonde

betekenis & definitie

is ongehoorzaamheid aan Gods geboden. In het bijbelse en nabijbelse jodendom is zonde echter niet alleen het opzettelijke maar ook het onopzettelijke en onbedoelde niet-opvolgen van de geboden.

Ook daarvoor moest verzoening worden bewerkstelligd. In veel geschriften, vooral die van apokalyptische aard, vindt men een zeer sterk besef van zondigheid voor Gods aangezicht, waarbij men geheel op Gods genade is aangewezen (het is deze stemming die ook in het vroege christendom dominant is.) De oorsprong van de zonde wordt vaak niet zozeer in verband gebracht met de zogenaamde zondeval in het paradijs (Gen. 3), maar veeleer met de val van de engelen die de mensheid corrumpeerden (zie Gen. 6:1-4 en de Henoch-literatuur).In de rabbijnse literatuur wordt zonde meestal gezien als gedrag dat wordt geïnspireerd door de boze aandrift (jetser ha-ra‘), die de mens met behulp van zijn goede aandrift (jetser ha-tov) en Gods genade moet zien te overwinnen, wil hij voorkomen dat de macht van de zonde over hem telkens groter wordt. De mens is echter niet met erfzonde behept; door Adams overtreding is weliswaar de dood in de wereld gekomen, maar de mens sterft als gevolg van zijn eigen zonden. De rabbijnen zien studie van de Tora als het meest effectieve tegengif tegen de neiging om te zondigen. Hierin is het mensbeeld van het jodendom optimistischer dan dat van het christendom.

< >