HALSTEREN, EEN DORp en Heerlijkheid, in ’t Markgraafschap van Bergen op den Zoom, en ongeveer een half uur gaans ten Noorden der Stad van dien naam. Zeer vermaaklijk is de legging van dit Dorp, op eene hoogte, van waar men een ruim uitzigt heeft op de straks genoemde Stad, voorts op Thoolen en Steenbergen, en op de Schepen, die langs de Schelde vaaren.
Merkelijk bevordert dit den bloei en welvaart deezes Dorps, ’t welk, om de vermaaklijkheid des uitzigts, door de bewooners der nabuurige Steden en Dorpen, in den zomer, dikmaals wordt bezogt. De Leeraar, welke de Hervormde Gemeente alhier bedient, neemt ook den dienst waar in de Rovers-Schans. Voorts heeft het Dorp zijnen bijzonderen Schout, zeven Schepens, vier Gemeensmannen en eenen Sekretaris. In de jaarlijksche Verpondingen draagt het negentienhonderd Guldens en elf Stuivers. Geen gering voorregt heeft dit Dorp, doordien het, door de omringende sterkten en schanzen, tegen vijandelijke strooperijen en brandschattingen is beveiligd.