Definities van Nederlandstalige WikiWoordenboek in de Ensie U
- uitblink
- uitblinken
- uitblinkend
- uitblinker
- uitblinkers
- uitblinkertje
- uitblinkertjes
- uitblinkt
- uitblonk
- uitblonken
- uitblus
- uitblussen
- uitblussend
- uitblust
- uitbluste
- uitblusten
- uitbogen
- uitbol
- uitbolde
- uitbolden
- uitbollend
- uitbolt
- uitboog
- uitboor
- uitboorde
- uitboorden
- uitboort
- uitboren
- uitborend
- uitbouw
- uitbouwde
- uitbouwden
- uitbouwen
- uitbouwend
- uitbouwt
- uitbraad
- uitbraadde
- uitbraadden
- uitbraadt
- uitbraak
- uitbraakje
- uitbraakjes
- uitbraakt
- uitbraakte
- uitbraakten
- uitbracht
- uitbrachten
- uitbraden
- uitbradend
- uitbrak
- uitbraken
- uitbrakend
- uitbrand
- uitbrandde
- uitbranden
- uitbrandend
- uitbrander
- uitbranders
- uitbrandt
- uitbreek
- uitbreekt
- uitbreid
- uitbreidde
- uitbreidden
- uitbreiden
- uitbreidend
- uitbreiding
- uitbreidingen
- uitbreidinkje
- uitbreidinkjes
- uitbreidt
- uitbreken
- uitbrekend
- uitbreng
- uitbrengen
- uitbrengend
- uitbrengt
- uitbroed
- uitbroedde
- uitbroedden
- uitbroeden
- uitbroedend
- uitbroedt
- uitbuig
- uitbuigen
- uitbuigen/vervoeging
- uitbuigt
- uitbuik
- uitbuiken
- uitbuikend
- uitbuikt
- uitbuikte
- uitbuikten
- uitbuit
- uitbuiten
- uitbuitend
- uitbuiting
- uitbuitingen
- uitbuitte
- uitbuitten
