Definities van Katholieke Encyclopaedie in de Ensie S
- Spier
- Spier (persoon)
- Spier (rondhout)
- Spiercel
- Spierdijk
- Spiere
- Spieren
- Spiering
- Spierklei
- Spierpijn
- Spiers
- Spierstelsel
- Spijgat
- Spijk
- Spijkenisse
- Spijker (geol.)
- Spijker of nagel
- Spijkerbalsem
- Spijkerschrift
- Spijkerzwam
- Spijskobalt
- Spijsverteringsorganen, Spijsverteringsstelsel
- Spil
- Spildraai
- Spiliet
- Spilleleen
- Spilvorm
- Spin
- Spin (natuurk.)
- Spina bifida
- Spina ventosa
- Spinachtigen
- Spinazie
- Spindelolie
- Spinel
- Spinet
- Spinhuis
- Spinklieren
- Spinmachines
- Spinmalen
- Spinnen
- Spinnen (textiel)
- Spinnende watertor
- Spinners
- Spinnewebvlies
- Spinnewiel
- Spinodale kromme
- Spinrocke. Die evangeliën vanden Spinrocke
- Spinrok
- Spint
- Spintkevers
- Spintlicht, Spintwegge
- Spion
- Spiraal
- Spiraalnevels
- Spiraalwier
- Spiraca
- Spirant
- Spiridion
- Spirifer
- Spiriferen-zandsteen
- Spirillen
- Spiritisme
- Spirituales
- Spiritualisme
- Spiritus
- Spiritus asper
- Spiritus lenis
- Spiritus Paraclitus
- Spirochaeten
- Spirogyra
- Spirometer
- Spironema
- Spit
- Spithead
- Spitsbergen
- Spitsboog
- Spitsmuizen
- Spitta
- Spitten
- Splanchnologie
- Spleen
- Spleet-enten
- Spleetstippel
- Spleettonen
- Spleetvleugel
- Splenectomie
- Splenitis
- Splijting
- Splijtvarens
- Splijtwieren
- Splijtzwammen
- Splinters
- Split
- Splitleder
- Splitsen
- Splitting
- Splitvrucht
- Splügen
- Spodium
