Definities van Nederduitsche spreekwoorden in de Ensie M
- Maak geen mannetjes, zo komen’er geen wijfjes
- Maakt u niet te gemeen met de edellieden van den prins
- Manneken naar manneken maken
- Men behoeft dat elk niet aan den neus te hangen
- Men behoeft de geheele zee niet uit te drinken, om te proeven, of ’t zout water is
- Men behoeft een hond geen brood te geven, zo lang als hy met den steert wispelt
- Men behoeft geen luizen in den pels te zetten
- Men brand daar horens
- Men heeft hem een poets gespeelt
- Men heeft hem te kakken gezet
- Men heeft hem weg gehad
- Men heeft hem zien komen
- Men heeft niet meer goeds, dan men verspaart
- Men heeft veel met hem op
- Men hoort verre, dat de winter koud is
- Men is gehouwen, of geslagen
- Men kan alle dingen doodzwygen, niet doodkyven
- Men kan dat met een half oog wel zien
- Men kan dat zonder spreken niet zeggen
- Men kan de papegaat niet schieten met een rotteval
- Men kan geen kei het vel afstroopen
- Men kan geen paard al loopende beslaan
- Men kan van alle vlas geen goed gaaren spinnen
- Men kan van een verkens oor geen fluweele beurs maken
- Men kan wel een keisteen kooken, dat het sop goed is
- Men kan wel een wys hoofd uit een narrenkap steken
- Men kan’er hoofd noch steert aan vinden
- Men kan’er noch hooger, noch laager wal meê bezeilen
- Men kent geen waard, of men gaat’er meê over den haard
- Men komt met koussen en schoenen in den hemel niet
- Men krauwt hem aan de zyde, daar de beurs hangt
- Men laat hem in ’t lange pak loopen
- Men leent zijnen vriend, maar maant zijnen vyand
- Men maakt van hem een grooten heiligen dag
- Men mag niet een vinger in de assche steken
- Men moet aan stoelen en banken leeren gaan, tot dat men ’t kan
- Men moet al zyn pylen niet ’s evens verschieten
- Men moet dat met een graantje zouts opnemen
- Men moet de bluts tegen de buil stellen
- Men moet de gelegentheid by ’t hair grijpen
- Men moet de handen uit de mouw steken
- Men moet de koe melken terwyl men ze heeft, maar haar de speenen niet aftrekken
- Men moet de leuze by hem halen
- Men moet de oude paaien niet verzetten
- Men moet den bal slaan zo als hy ligt
- Men moet den vluchtenden vyand een gouden brug maken
- Men moet een ongeluk geen bode zenden
- Men moet een oog in ’t zeil houden
- Men moet geen bekakte kinderen wegwerpen
- Men moet geen gegeven paarden in den mond zien
- Men moet geen gekken half werk laten zien
- Men moet geen goed geld naar quaadgeld werpen
- Men moet geen kat in een zak koopen
- Men moet geen struif om een ei bederven
- Men moet geen vryster zo hard aan den mond kussen, dat haar ’t herte zeer doet
- Men moet hem zijnen tuil laten tuilen
- Men moet het in de beste vouw slaan
- Men moet het katje niet doodfoolen
- Men moet het kind uit de luuren bezien
- Men moet het roer in ’t water houden
- Men moet jokken zonder zeer doen
- Men moet kiezen of kavelen
- Men moet leven en laten leven
- Men moet nagels met hoofden slaan
- Men moet niet al te wys willen zyn
- Men moet niet uit de school klappen
- Men moet op den haspel passen
- Men moet poot aan spelen
- Men moet rein op biegten
- Men moet roeyen met de riemen, die men heeft
- Men moet steegen voor straaten kennen
- Men moet van den nood een deugd maken
- Men moet wel een reefje inbinden
- Men moet weten, hoe na by land
- Men moet ylen met wylen
- Men moet zacht gaan, en verre zien
- Men moet zeemanschap weten te gebruiken
- Men moet zien hoe de herk aan den steel staat
- Men moet zomtyds wat byleggen
- Men moet zyn bier niet verloopen, met slatius
- Men moet zyn oude schoenen niet weg werpen, eer men nieuwe heeft
- Men moet’er een slag in slaan
- Men roept zo lang paschen, tot dat het eens komt
- Men scheld geen koe blaar, of hy heeft wat wits
- Men treed wel een pad zo lang, dat ze berst
- Men vind de vossen, of haar vel, tot den peltier
- Men vind den waard over al t’huis
- Men zal daar niet lang morgenspraak over houden
- Men zal daar wel liever kinderen meêpaayen
- Men zal dat noch met lantaarnen zoeken
- Men zal een ander altaar ontdekken
- Men zal een anderen gang met hem gaan
- Men zal hem dat wel inpeperen
- Men zal hem schoenen naar zyn voeten passen
- Men zal hem van dat zelve laken een rok en broek maken
- Men zal hem wat anders leeren
- Men zal hem wat schilderen
- Men zal hem wel anders leeren danssen
- Men zal uit een ander vaatje tappen
- Men zegge dat van die in ’t woud gebroed is