Ikonen Lexicon

Karin Braamhorst (2004)

Gepubliceerd op 01-03-2017

Dromen

betekenis & definitie

Dromen, net als visioenen, waren soms een bron voor afbeeldingen op iconen. Dromen werden met grote scepsis bekeken: hun oorsprong kon zowel bij God liggen als bij de duivel.

De ambivalente status van dromen werd uitgelegd door Niketas David Paphlagon, de auteur van een biografie over de negende-eeuwse patriarch Ignatius. Hij schrijft: ‘Zelfs als de meeste dromen hun oorsprong vinden in alledaagse gedachten en zorgen, dan zijn er toch nog vele die in de slaper worden opgeroepen door demonen; maar het komt ook voor dat ze worden gevormd door de engelen van God in Zijn opdracht’. Het probleem was dus vooral de bron van de droom vast te stellen: was die heilig of niet? Een icoon kon een handleiding zijn bij de vaststelling of de nachtelijke bezoeker een heilige was en niet een duivel. Een dergelijk verhaal komt voor in het Leven van paus Sylvester, die paus was van 314 tot 335, tijdens de regering van Constantijn de Grote (dit Leven werd waarschijnlijk geschreven in de tweede helft van de achtste eeuw). Te lezen is hoe de keizer ziek werd en een droom had waarin hij werd benaderd door twee mannen die zichzelf bekend maakten als Petrus en Paulus. Ze beloofden hem te zullen genezen op voorwaarde dat hij de paus bij zich zou laten roepen. De keizer kende de twee nachtelijke bezoekers niet en wist dus niet of hij de droom kon vertrouwen. Toen Sylvester voor Constantijn kwam, liet de paus twee iconen van de apostelen Petrus en Paulus zien. Constantijn kon op deze iconen duidelijk de twee mannen herkennen die hij in zijn droom had gezien, en hij liet zich daarop door Sylvester dopen.

< >