Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Via

betekenis & definitie

meervoud Viae, de eigenlijke kunstwegen, tevens heerbanen (vke militares) werden inzonderheid aangelegd door de Romeinen. De eerste, ViaAppia genaamd (zie APPISCIIE WEG), was zoo breed, dat twee vrachtwagens met gemak voor elkander konden uithalen.

In verbinding met dezen weg stond de door keizer Domitiaan aangelegde Via Domitiam, van Sinuessa tot Puteoli.Wijders de volgende:

Via Flaminia, een der oudste wegen, aangelegd 220 v. Chr. door censor C. Flaminius, liep van Rome door Etruriê naar Ariminum, waar zij twee voortzettingen had beiden genaamd Via jEmilia, de eene (van Ariminum naar Aquileja), aangelegd 188 v. Chr. door consul M. ZEmilius Lepidus, de andere (van Ariminum over Pisa en Cumse naar Ligurië), aangelegd 115 v. Chr. door M. TEmilius Scaurus.

Via Campana, een zijweg van de Via Appia, liep van de porta Cailimontana naar Campanië, en stond in verbinding met de Via Albana en Tusculana

Via Cassia (tusschen de Via Flaminia en de 241 v. Chr. door censor L. Aurel. Cotta aangelegde Via Aurelia) liep naar het middeldeel van Etruriê.

Via Valeria, een der schoonste en langste wegen, liep van Rome, door het gebied der Sabijnen, iEquen en Marsen, tot aan het gebied der Pelignen, en was éene voortzetting van de Via Tiburlina, die in zuidoostwaartsche richting naar Tibur liep.

Via Latina, begon aan de Capenische poort, ging door het Liris-dal tot Teanum, en liep eindelijk uit op de Via Appia.

Via Osliensis, liep aan de westzijde van den Tiber tot aan de uitwatering dier rivier beneden Ostia.

Via Poslumia liep van Cremona naar Mantua.

Via Salaria, begon aan de porta Collina te Rome, en liep naar Reate; langs dezen weg vervoerden de Sabijnen hun zout uit Rome. '

Via Egnatia; zie EGNATIA.

Zoo waren dus in Cesar’s tijd de voornaamste steden van Italië door groote wegen verbonden. De keizers lieten ook in de provinciën zulke wegen aanleggen, en zelfs op de grootste eilanden, waarmede de gemeenschap met de havenplaatsen beoogd werd. De op de grootste wegen opgerichte mijlpalen (milliaria) dagteekenden eerst van C. Gracchus.

< >