Dezen titel droegen te Rome twee ambtspersonen, die belast waren met de controle over de romeinsche burgers en hun vermogen, met hunne behoorlijke indeeling in standen, en met de handhaving van orde en goede zeden. De eerste Censoren werden aangesteld 442 v.
Chr. voor den tijd van vijf jaren; doch uit vrees dat zij misbruik konden maken van hunne magt, werd die tijd al spoedig ingekrompen tot anderhalf jaar. Tot de waardigheid van C. waren aanvankelijk slechts de patriciërs, doch sedert 352 v. Chr. ook de plebejers benoembaar. Het censorschap werd afgeschaft onder Augustus, ofschoon de keizers zelven de magt van C. bleven uitoefenen tot Vespasianus, met wiens dood alle spoor van het censoriaal gezag ophoudt. Keizer Decius wilde het censorschap herstellen, doch zijn voornemen bleef onverwezentlijkt.