een der zeven provinciën van de diocese van Italië, strekte zich uit van Modena tot de Adriatische Zee, en grensde ten W. aan Emilia, ten N. aan Venetië, ten Z. aan Valeria ; de hoofdpl. was Ravenna. Deze prov. werd F. genoemd, omdat de Flaminia via er door liep, zijnde een der groote wegen van het romeinsche rijk; die weg liep van Rome naar Ariminum, door het land der Sabijnen, Umbria en het land der Senonen; door consul Flaminius was met het aanleggen van dien weg een begin gemaakt in 222 v.
Chr.; later werd die verlengd tot Aquileja.