Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Tournay

betekenis & definitie

1) vlaamsch Doornik, het oude Turnacum, vestingstad in Belgie, prov. Henegouwen, aan de Schelde, 11 uren g. benoord w.

Bergen ; 52,000 inw.; ten tijde van Cesar (toen het Turris Nerviorum heette) een der voornaamste steden van Belgisch Gallië, werd zeer bloeiend in de 3e eeuw van 't rom. keizerrijk, in 't begin der 5e eeuw verwoest doofde Vandalen en Alanen, viel anno 438 in de macht der Franken, en was de hoofdstad van Meroveüsen zijne opvolgers tot Clovis. In 880 werd T. verwoest door de Noormannen; door Karel den Kale in het graafschap Vlaanderen begrepen, hield T. spoedig op deel uit te maken van Frankrijk. Verscheidene malen is T. belegerd; het werd ingenomen 1667 door Lodewijk XIV, in 1709 door de Geallieerden, en door de Franschen 1745, 1792 en 1794.2) stadje met 1300 inw. in 't fransche dept. Haules-Pyréuées, aan den Arros, 4 uren g. bezuidoosten Tarbes.

< >