Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Rabaut

betekenis & definitie

(Paul), proleslantsch predikant te Nimes, geb. 1718, gest. 1795, was even onverschrokken als vol beleid, om de vervolging, waaraan zijne geloofsgenooten blootstonden, af te wenden.

(Jean Paul), met den toenaam de Saint-Etienne, zoon van den vorige en insgelijks prolestantsch predikant, geb. te Nîmes 1743, gest. 1793, werd in de fransche omwenteling lid van de constituante, toonde zich een vinnig bestrijder van den Roomsche geestelijkheid, verdedigde echter den koning, en werd 5 Dec. 1793 geguillotineerd. Onder meer werken, heeft men van hem : Précis de l'histoire de la révolution française (1791, voortgezet door Lacrelelle, den jonge) ; Lettres à Bailly sur l'histoire primitive de la Grèce (Parijs 1787).

(Jacques Antoine), met den toenaam Pommier, broeder van den vorige, insgelijks predikant, geb. 1744, gest. 1820, stemde als lid der Conventie voor het doodvonnis tegen Lodewijk XVI, was een der 73 afgevaardigden, die door Robespierre in den kerker werden geworpen, en had zijn behoud slechts te danken aan Robespierre’s dood. In 1815 werd hij wegens zijne indertijd uitgebrachte stem als koningsmoorder gebannen, doch bekwam 2 jaren later vergunning om in Frankrijk terug te keeren.

R. met den toenaam Dupuis, broeder der beide vorigen, geb. 1746, was koopman te Nîmes, werd 1793 buiten de wet verklaard, en redde zich door de vlucht; 1797 lid van den Raad der Oudsten, 1799 van ’t Wetgevend Lichaam, president daarvan in 1802 toen voor het levenslang consulschap gestemd werd, en stierf 1808 als raadsheer der prefectuur te Nîmes.

< >