Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Numidië

betekenis & definitie

lat. Numidia, thans de algerijnscho prov.

Constantine en een gedeelte van het rijk van Tunis, landschap in het oude Afrika, tusschen Mauritanië ten W. en de bezittingen van Carthago tenO. Vergroot door de veroveringen van Massinissa grensde N. ten westen aan Malwa of Molokath, en strekte zich ten oosten uit tot op 7 of 8 mijlen afstands van Carthago. Voor den slag bij Zama (202 v. Chr.) was N. gesplitst in twee rijken, nl. dat der Massylen ten O. en dat der Massessylen ten W.; het eerste had tot hoofdstad Cirta, en een zijner koningen was Massinissa; over hel tweede regeerde Syphax. Laatstgenoemde was een oogenblik meester van geheel N.; doch in 203 v. Chr. werd N. op zijne beurt meester van de beide rijken. Rome, gezegevierd hebbende over Cartbago, liet Massinissa in het bezit van zijnen troon, en belette hem zelfs niet zijn rijk te vergroolen. Na zijnen dood (149) en na dien van zijnen zoon Micipsa (119) hadden er herhaalde malen deelingen van zijn rijk plaats. Toen Jngurtha zich op misdadige wijze meester gemaakt had van het geheele rijk, werd hij daarvan beroofd (106 v. Chr.) door de Romeinen, die nn de vroeger door Massinissa aan zijn rijk getrokkene stukken romeinsch grondgebied weder vereeuigden met het romeinsch wingewest in Afrika, terwijl ze van het oude Massylië of Oost-Nuiuidië een koninkrijk N. maakten, dat ze deelden tusschen de twee kleinzonen van Massinissa, met name Hiëmpsal II en Mandreslal; daarentegen werd Massessylië of West-Numidiè door hen afgestaan aan Bocchus, koning van Mauritanië, als belooning, omdat hij Jugurtha in hunne handen overgeleverd had. Het koninkrijk N. werd een romeinsch wingewest anno 46 v. Chr., na den slag van Thapsus; de westerhelft er van gaf Augustus aan Juba II. Dit rijk werd eindelijk, na den opstand en dood van Tacfarinas (17—25 na Chr.), bij het romeinsche keizerrijk ingelijfd onder den naam OostMauritanië, en ingedeeld in twee provinciën, nl. Maurilania Cesaricnsis en Mauritania Sifitina. •— De bewoners van N. (de Numidiers) worden gerangschikt onder de nomaden-volken (vandaar ook hun naam) ; de volksstammen, die de kuststreken bewoonden, waren onderworpen aan de Pheniciörs, en hadden sleden; doch de bewoners van het binnenland waren halve wilden, wars van al wat geleek naar regel of lucht; zij woonden in tenten, en stonden bekend als goede ruiters (Hannibai had er velen in zijne armee).

< >