I, koning van Numidie, zoon van Hiempsal II, volgde omslr. 50 v. Chr. zijnen vader op,en koos iu den partij-oorlog van Cesar en Pompejus de zijde van laatstgenoemden, nam na den slag bij Pharsalus het overschot van de overwonnene armee op, snelde Cato te hulp, die zich in Utica opgesloten had, en vereenigde zich met Q.
Metellus Scipio, om aan Cesar slag te leveren bij Thapsus, na welken slag hij, om zijne nederlaag niet te overleven, zich liet doodsteken door Pelrejus, zijnen deelgenoot in het ongeluk (46 v. Chr.). Zijn rijk werd een romeinsch wingewest.II, zoon van den vorige, werd na den slag bij Thapsus als gevangene naar Rome gebracht, waar Cesar niets aan zijne opvoeding liet ontbreken, zoodat de jongeling al spoedig zeer gezien was bij Augustus, die hem in den echt liet treden met Cleopatra Selene (de dochter van Antonius en de vermaarde Cleopatra), en hem omstr. 30 v. Chr. als schadeloosstelling voor het rijk, dat hij van zijnen vader had moeten erven, een koningrijk schonk, gevormd uit de beide Mauritaniën en een gedeelte van Getulie. Na ruim eene halve eeuw geregeerd te hebben, stierf J. II in het jaar 23 na Chr. Als een gelukkig beoefenaar van geschiedenis en natuurkunde, had J. II verscheidene werken geschreven in de grieksche taal, o. a. “Geschiedenis van Arabie", “Oudheden van Assyrié”, «Verhandeling over den Landbouw”, enz.; doch alles wat hij geschreven heeft is verloren geraakt.