de voornaamste handelshaven van Hanover, ruim 5 uren gaans bezuidw. Aurich, aan de Ems, nabij de uitwatering van die rivier in den Dollard; 12,500 inw.; uitmuntende reede, twee binnenhavens; de buitenhaven is verzand.
Eerst behoorde E. tot Oost-Friesland; van het laatst der 16e tot in de eerste helft der 18e eeuw stond E. onder bescherming van Holland; 1744 kwam E. met Oost-Friesland aan Pruisen, 1806 aan Holland, 1809 aan Frankrijk, 1814 weder aan Pruisen, 1815 aan Hanover. Vermaard is E. door de Confessie (of het Geloofsformnlier) van E., eerst in Braband opgesteld in het Fransch door Guy de Brés (1562), later te E. in het Duitsch vertaald (1571). Dit geloofsformulier werd in 1619 goedgekeurd te Dordrecht en 1619 te's Gravenhage. Vergelijk ook het art. EMETHA.