president der Vereenigde Staten, geb. 12 Febr. 1809 in den staat Kentucky, was de zoon van een landbouwer, met wien hij eerst naar Indiana, vervolgens naar Illinois verhuisde. Aanvankelijk timmerman, vervolgens kruidenier in de gemeente Salem, terwijl rijn vriend (en later zijn voornaamste mededinger) Stephen Douglas (zie het art.
DOUGLAS) schrijnwerker en schoolmeester was. Zich met inspanning toeleggende op het verkrijgen van kundigheden, begon L., na in 1832 als kapitein van een korps vrijwilligers dienst gedaan en daarna als postmeester te New-Salem aangesteld te zijn, rechtsgeleerdheid en meetkunde te studeeren, en werd 1834 gekozen tot lid van de wetgevende vergadering in Illinois; 1836 verhuisde hij naar Springfield, en werd Dec. 1847 als afgevaardigde naar het Congres gezonden, waar hij zich spoedig deed kennen als een bestrijder van de slavernij. In den verkiezingstrijd, die 1860 gevoerd werd tusschen de republikeinen en democraten, behield eerstgenoemde partij de overhand, en L. werd Nov. 1860 gekozen tot president der Vereenigde Staten. Zijne verkiezing was het sein voor de slavenhoudende stalen (de zuidelijke staten der Unie) om in openbaren opstand te komen, zij kozen Febr. 1861 een eigen president (zie DAVIS, Jefferson), en toen L. 4 Maart 1861 den presidentszetel beklom was de Unie reeds ter prooi aan den verschrikkelijksten krijg, aan burgeroorlog. Lang stonden de kansen wisselvallig, en meer dan eens was er grond voor het vermoeden, dat de zuidelijke staten eindelijk zegevierend uit den strijd treden en hunne losscheuring van de Unie tot een onherroepelijk feit zouden maken. Doch eindelijk, kort nadat L. met eene overgroote meerderheid als president herkozen was, viel met de steden Richmond en Petersburg (3 April 1865) hunne laatste hoop, en met de overgave van generaal Lee (zie dat art.) was de burgeroorlog als geëindigd te beschouwen. De zegepraal van de noordelijke staten der Unie werd overal luisterrijk gevierd; eene galavoorstelling in Fords Theatre te Washington des avonds van 14 April werd door L. bijgewoond, en daar werd hij, in zijne loge gezeten, even vóór elf uren, door zekeren Wilkes Booth verraderlijk met een pistoolschot doodelijk getroffen, zoodat L. den volgenden morgen (15 April 1865) tusschen 7 uren en half acht den geest gaf. Tot zijn opvolger als president werd gekozen Andrew Johnson (zie JOHNSON).