Gepubliceerd op 14-06-2022

Zwangerschap

betekenis & definitie

Graviditas, Graviditeit, toestand van het vrouwelijk lichaam, waarin zich het product van een vruchtbaren bijslaap ontwikkelt. De Z. begint met de bevruchting (het binnendringen van een mannelijke zaadcel in de door een der eierstokken uitgestooten eicel) en eindigt met de baring (zie aldaar).

De duur der Z. is gemiddeld 40 weken. Wat de geleidelijke ontwikkeling der vrucht betreft, zie Vrucht. In den loop der Z. doen zich in het geheele lichaam der zwangere vrouw allerlei veranderingen voor; de teekenen daarvan worden zwangerschapsteekenen genoemd. Vóór de vierde maand is het bestaan van zwangerschap uiterst moeilijk of in het geheel niet met volle zekerheid te constateeren. Het eerste en meest opvallende verschijnsel bij Z. is het uitblijven der menstruatie; dit is echter volstrekt geen zeker teeken, daar dit ook door andere oorzaken kan optreden (zie Menstruatie); omgekeerd ziet men in zeldzame gevallen de menstruatie in het begin der zwangerschap doorgaan. Een opvallend teeken is dikwijls het veelvuldig voorkomen van misselijkheid, vooral des morgens. Dikwijls heeft de zwangere een ziekelijken trek in bepaalde spijzen.

Andere teekenen van vermoedelijke Z. zijn: verwijding der aderen in de beenen (blauwscheut), bloedsaandrang naar de uitwendige geslachtsdeelen, waardoor deze een blauwe kleur aannemen, opzetting der borsten, donker worden der tepels, enz. De baarmoeder neemt naarmate de vrucht groeit in omvang toe (van 6—8 c.M. lengte en 4—5 c.M. breedte tot 20—27 c.M. lengte en 15—20 c.M. breedte). Gedurende de vierde maand komt zij boven den bekkenrand uit en begint in de buikholte te stijgen, zij is dan door den buikwand heen voelbaar. Weldra neemt nu de zwangere korte stooten waar, de eerste bewegingen, het eerste „leven" van de vrucht.Omstreeks dezen tijd (18de—20ste week) beginnen ook de kinderlijke harttonen hoorbaar te worden (ongeveer 140 slagen in de minuut), hetgeen het eerste volstrekt zekere teeken is van Z. In de zesde maand staat de bovenrand der baarmoeder even boven den navel, in de negende in den maagkuil. Gewoonlijk berekent men het vermoedelijk tijdstip der bevalling, door van het intreden der laatste menstruatie negen kalendermaanden verder te tellen en dan een of twee weken speling te nemen; is de tijd der laatste menstruatie niet bekend, dan kan men bij de berekening uitgaan van het tijdstip waarop het eerste leven is waargenomen en aannemen dat de Z. dan gevorderd is tot minstens de 18de of hoogstens de 20ste week. Zoodra de Z. waarschijnlijk is geworden, dient de zwangere allerlei voorzorgen te nemen. Hiervan hangen de gezondheid van moeder en kind af. Het gewone dagelijksche werk moet niet worden gestaakt, maar groote krachtsinspanning en zware vermoeienis moeten worden vermeden, evenals elke buitensporigheid in spijs en drank, genoegens enz. Verder zijn aan te bevelen: zorg voor geregelde ontlasting door een doelmatig dieet ('s morgens bij nuchtere maag een glas warm water, gebruik van honig, pruimen, veel boter, tarwebrood); veel beweging in de open lucht, vermijding van knellende en snoerende kleeding en ook van lang stil zitten, loozing van de urine bij elken aandrang daartoe.

Men onderscheidt verschillende vormen van Z. Ten eerste de normale; deze is, vooral bij inachtneming van doelmatige voorzorgen, regel. Zij kan een eenvoudige of meervoudige (twee-, drieling enz.) zijn. Verder de Z. buiten de baarmoeder, Graviditas extra-uterina, waarbij de vrucht zich in een der eierstokken, in de moedertrompet, of in de buikholte bevindt. Hierbij sterft de vrucht in den regel spoedig, en deze vorm van Z. is ook voor de moeder zeer gevaarlijk. Bij de z.g. valsche Z. ontwikkelt zich een misvormde vrucht of mola (druifgezwel). De normale Z. is een natuurlijke levensfunctie van het vrouwelijk lichaam, dat daarop is gebouwd en ingericht. Het gedurende het geheele leven vermijden van deze levensverrichting is voor het vrouwelijk lichaam voorzeker nadeeliger dan de Z. en de baring zelve.