Uitwerpselen (van een mens); stoelgang. In de zeventiende eeuw via het Frans
(excrément) ontleend aan het Latijn (excrementum: uitwerpsel). Een geleerde taal zoals het Latijn moet weer eens als dekmantel dienen voor een vies woord als ‘poep’. Alles wat door de anus afgescheiden wordt, is taboe. Een ander eufemisme is ontlasting*.
In Maledicta kunnen we lezen dat in Afrika, behalve vele dieren, de obscene taal bedreigd wordt in haar voortbestaan, wat zonde zou zijn van een Yoruba-wijsheid als: ‘De anus zegt: als ik had geweten dat de vagina zoveel bezoekers zou krijgen, dan zou ik haar buurman niet zijn geworden.’ Of de agressievere Igbo-variant: ‘De anus waarschuwt de vagina dat hij op een dag excrementen zal smeren op haar bezoekers, die talrijker en talrijker worden.’
De Groene Amsterdammer, 29-01-97
Er is nu nog een probleem: ik heb er veel te weinig. Het moet een flitsende diashow worden waar de excrementen in alle soorten en maten voorbij schieten, en tja: mijn drollen zijn toch wel éénsoortig, het draaien beheers ik bijvoorbeeld al niet.
Delta, 11-03-99, webpagina
Elke cultuur heeft z’n eigen blasfemische preoccupaties, die met God, seks, dood, ziekte of excrementen te maken hebben.
HP/De Tijd, 19-11-99
