Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

Gepubliceerd op 17-08-2018

aandoen

betekenis & definitie

(1) iemand iets-, iemand pijn doen, mishandelen. De daad wordt in feite gebagatelliseerd.

Horlogeverkoper Murat werkt zijn broodje vis naar binnen en zegt laconiek: Tk weet zeker dat hij zal hangen. De Koerden dreigen wel met van alles, maar let op, over een maand zijn ze alles vergeten’. Een paar kilometer verderop, in een volkswijk, praat Miyeser, 47 en moeder van vijf kinderen, met vuur in haar ogen: ‘Als ze hem iets aandoen, voer ik een zelfmoordactie uit. De bommen laat ik in het hart der machthebbers ontploffen’.

Trouw, 51-05-99

Het is keimoeilijk en ik ga keer op keer op mijn bek, maar....ik hou van die man en hij van mij. Hij zou noch mij, noch de kinderen lichamelijk iets aandoen. Ja, hij schreeuwt veel, maar ik kan niet zonder hem. Ik wens jou veel geluk!

Vrouw Online, 09-12-2000

(2) zich iets-, vage omschrijving voor zelfmoord plegen. Vermeld door Van Dale. Synoniemen zijn o.a: de hand* aan zichzelf slaan; zichzelf te kort* doen; zich aan zichzelf vergrijpen*.

Van het ene op het andere moment kon ik niks meer. Ben meteen naar de dokter gegaan. ‘Nu moet ik iets hebben,’ zei ik, ‘anders gaat het fout en doe ik mezelf wat aan.’

Nieuwe Revu, 28-02-2001