In de middeleeuwen komen we het telkens tegen dat mannen, maar vooral ook vrouwen zich lieten insluiten in een kluis, in of bij een kerk. Dit gold als een vroom werk; zich zelf wegschenken aan God.
Uit Axel is zo bekend Elisabeth van Heyne, die aldaar in 1448 uit Sluis was komen wonen. Toen zij weduwe werd, deed zij de gelofte van zuiverheid en gaf al wat zij had aan de armen. Aan de patroon van de kerk, Guido van Ghistellen, vroeg zij een eenzaam plekje tegen de kerk, om daar God met meer ijver te kunnen dienen. Toen de kluis klaar was, werd zij daar binnen geleid, nadat de toestemming van de bisschop van Utrecht was ontvangen. Men kende in die tijd een bepaalde liturgie voor deze insluiting, die deed denken aan een begrafenis.Bisschop Floris van Wevelinchoven (13791393) gaf aan de pastoor van Veere toestemming de vrome Godelief, Godefridus dochter, in te sluiten in een kluis op het kerkhof. Vroeger had er een kluizenares gewoond. Deze zelfde bisschop gaf zo ook zijn toestemming twee vrouwen te Biervliet in te sluiten en eveneens machtigde hij de rector van het begijnhof te Middelburg, een zekere weduwe Catharina in te sluiten binnen de omheining van het tertianenklooster in de St.-Pieterstraat, onder beding dat hij de sleutel van de kluis zou bewaren. Aan kluizenaars en kluizenaressen werd nog al eens raad gevraagd. Dit achtte men veilig, omdat zij op geen enkele wijze bij een zaak betrokken konden zijn of er belang bij konden hebben.
LITERATUUR
Post, Kerkgeschiedenis. Nolet en Boeren, Kerkelijke instellingen.