Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

Gepubliceerd op 24-11-2020

BAARLANDPOLDER

betekenis & definitie

Polder in de gemeente → Borsele, aan de Westerschelde (Middelgat); aangesloten bij het → Waterschap de Brede Watering van Zuid-Beveland (opgericht 1959), thans → Waterschap Noord- en Zuid-Beveland; oppervlakte ca. 931 ha; hoogteligging gemiddeld ca. 0,7 m + N.A.P.

De afwatering geschiedt via het gemaal Hellewoud in de → Ellewoutsdijkpolder, mede via de onderbemaling Baarland (1 electrisch aangedreven vijzel, capaciteit 50 m3 per minuut bij opvoerhoogte 0,90 m; bemalingsgebied 598 ha; half automatisch). In de polder liggen Oudelande, (Molenberg), Baarland, Westdorp, Bakendorp en Scheldeoord (Hoek van Baarland). De scheidingsdijk met de → Grote Reinoutspolder is opgeruimd. Baarland was in de 1 le eeuw een eiland, dat omspoeld werd door de Zwake (noorden) en de Honte (zuiden). Ten westen ervan lagen respectievelijk de eilanden Oudelande en Borsele. Deze eilanden waren overblijfselen van een vroeger vasteland (oud kerngebied); de Zwake was ontstaan als gevolg van de stormvloed van 1014. Buiten Baarland lagen op het gelijknamige eiland de dorpen Bakendorp, Hoedekenskerke, Vinnige en Oostende; de ligging der laatste twee is thans buitendijks (evenals gedeeltelijk de oude kern van Bakendorp.)

Defensieve bedijking van Baarland vond waarschijnlijk plaats tussen ca. 1150 en 1200; in deze tijd werd het gebied al vrij intensief bewoond. De dammen tussen de drie eilanden zijn waarschijnlijk nog eerder aangelegd. Borsele, Oudelande en Baarland werden onder één ringdijk samengebracht; het aldus ontstane grote eiland werd in de 14e eeuw Borsele genoemd. Baarland lag in het zgn. Oost-Borsele. Eind 13e, begin 14e eeuw werd het eiland d.m.v. binnendijken verdeeld tegen inundatiegevaar en i.v.m. de afwatering. Op deze wijze zijn de onderscheiden poldergebieden ontstaan.

De Baarlandpolder bestond vroeger uit de 3 aaneengesloten polders, die de heerlijkheden Baarland, Bakendorp en Oudelande vormden. Hij heeft behoord tot de voormalige gemeenten Baarland en Oudelande.

De polder heeft van verschillende calamiteiten te lijden gehad en bij de ramp van 1 februari 1953 (ca. 20 dijkbressen, van ca. 10 tot ca. 200 m breed; watervrij 15 maart 1953), overstroomde de → Zuidpolder.

Tot 1959 was de polder aangesloten bij het waterschap Baarland (oppervlakte ca. 1440 ha), dat verder omvatte de polders → Baarland-Stelle, Grote → Reinouts, → Kamer (ged.), Kleine → Reinouts, → Molen, → Nieuw— Ovezand (ged.), → Noord, → Oudelandsche, → Quiskost, → Storm, → Zak (ged.) en Zuid. Door brand in de herberg, die tevens tot gemeentehuis van Baarland diende ging in 1882 bijna het gehele archief van het waterschap verloren.

LITERATUUR

Roessingh, Baarland. C. Dekker, ZuidBeveland. Wilderom, Tussen afsluitdammen III.