Noord-Brabant neemt een-vierde van de eierproduktie van Nederland voor zijn rekening (1986); in totaal telt het land miljoenen legkippen, die 10 miljard eieren per jaar leggen. Van de legpluimveehouders hebben er 400 meer dan 5000 kippen en 40 meer dan 50.000 kippen.
De pluimveesector kent twee ketens: de slachtsector en de legsector. Begonnen wordt met de selectie van kippen, die broedeieren leggen. Bij verschillende broederijen komen jaarlijks miljoenen kuikens uil. De haantjes hebben de kortste levensduur. Nadat hennen en hanen zijn gescheiden worden de haantjes in vele gevallen vergast en verwerkt tot kattevoer. Het kuiken en de bevruchte eieren worden op grote schaal geëxporteerd.
Twee-derde van de 10 miljard eieren wordt naar het buitenland vervoerd voor een waarde van ca ƒ 1.2 miljard. Ook de slachtsector komt met dc export op een bedrag van f 1,2 miljard. Twee-derde van de Brabantse slachtkuikens komt terecht bij Pluimveeslachterij Goossens in Asten, een dochtermaatschappij van de veevoedermaatschappij Cehave te Veghel. Tot de tien grootste pluimveefokbedrijven. die er in de wereld bestaan, behoort CPI bv te Nuland. opgericht in 1955 met als doel: het exploiteren van pluimveebedrijven en pluimveefokbednjven en de handel in pluimvee en in pluimveefokmaterialen. Het kwam in 1956 tot samenwerking met de Belgische Boerenbond, waarna het fokbedrijf Hypeco bv werd opgericht. In 1965 werd dc Bovans Organisatie te Stevensbeek overgenomen.
Het basisfokbedrijf voor slachtrassen is gevestigd te Nuland; het basisfokbedrijf voor legrassen te Stevensbeek. Er zijn verder nog bedrijven in Aalten. Deil, Enschede en Oirlo. Er wordt geëxporteerd naar ruim 40 landen in vrijwel alle werelddelen.Bron: Info CPI.