Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

Gepubliceerd op 20-10-2020

NASSAU, HENDRIK III VAN

betekenis & definitie

(Siegen 1483-Breda 1538), zoon van Jan I graaf van Dillenburg: Hendrik was ook burggraaf van Antwerpen en heer van de Baronie van Breda, heer van Steenbergen. Geertruidenberg, Niervaart, Diest, Zichem, Castricum, Monster, Naaldwijk, St.

Vith, Butgenbach, Grimbergen, Corroy, Frasnes en Londerzeel; huwde achtereenvolgens Françoise van Savoye, Claudia van Chalon (hun zoon René, die in 1 519 in Breda werd geboren, erfde in 1530 het prinsdom Orange), en Mencia de Mendoza. Hendrik erfde van Engelbrecht II de heerlijkheid Breda, werd geheimraad van Philips de Schone, in 1 504 drossaard van Brabant, ridder in de orde van het Gulden Vlies; was stadhouder van Gelderland, werd in 1507 lid van de Raad van State, in 1511 opperste capiteyn, kapitein-generaal van Brabant in de strijd tegen Gelre, was in 1508 betrokken bij de Vrede van Kamerrijk tussen Habsburg en Valois; werd stadhouder van Holland en Zeeland, gezant in Frankrijk; kapitein-generaal van het Nederlandse leger; was lid van de OL Vrouwe Broederschap, was met de latere paus Adrianus VI betrokken bij de opvoeding van Karel V; vertoefde een tijd in Spanje, maakte de strijd mee tegen sultan Soliman in Hongarije. Hendrik van Nassau het het kasteel van Breda vernieuwen tot een renaissance paleis.