Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

Gepubliceerd op 20-10-2020

CROMVOIRT

betekenis & definitie

kerkdorp van de gemeente Vught.

Naam: voirt, voert, foirt, van het oud-germaanse furt, wat doorgang of overgang bij water betekent; hoge weg of doorwaadbare plaats (evenals bij Helvoirt het geval is); weg of dorpje langs een kromme weg of omweg; in 1459 als Cromvoort geschreven, in 1520 Convoert, in 1523 Crovoert, ook wel Crompvoert geschreven.

Geschiedenis: Cromvoirt maakte twee maal deel uit van een heerlijkheid, beide malen voor korte tijd. Het dorp is van ouds verbonden geweest met Vught; het was een deel van de heerlijkheid van Balduinus van Vught, een edelman, die de heerlijkheid in 1232 in leen kreeg van hertog Hendrik I van Brabant; in 1505 gaf Philips de Schone als hertog van Brabant met Vught ook Cromvoirt in leen als deel van een heerlijkheid aan jhr. Lambert Millinck. Het pandschap werd echter al spoedig door de stad ’s-Hertogenbosch ingelost.

In de 15e eeuw werd in de bestaande kapel van Cromvoirt, die toegewijd was aan St.Hubertus, een mis gefundeerd. De kapel wordt genoemd in 1459; zij was aan de Vughtse Lambertusparochie onderhorig. Tot 1717 behoorde Cromvoirt met eigen kapel kerkelijk tot de 2e parochie van St.Lambertus. In 1648 werd de kapel, evenals vrijwel alle Noord-Brabantse bedehuizen, voor de katholieke eredienst gesloten. De kapel raakte in verval en werd uiteindelijk afgebroken. In 1717 richtte vicaris Petrus Govarts de parochie Cromvoirt op, die toegewijd werd aan St.Lambertus.

Eerste pastoor werd Joan Franc van Heel. Het dorp kreeg aanvankelijk een schuurkerk. In 1890 kreeg Cromvoirt een nieuwe kerk, waaraan toen een toren werd gebouwd. Deze vrij hoge toren werd in het najaar van 1944 bij de bevrijding van het zuiden van Nederland, door de Duitse troepen uit strategische overwegingen opgeblazen. Hierbij werd ook de kerk ernstig beschadigd. De toren is later niet meer opgebouwd. De kerk werd wel hersteld.

In 1811 werd Cromvoirt een zelfstandige gemeente; voor die tijd was Cromvoirt met twee schepenen vertegenwoordigd in de uit zeven schepenen bestaande schepenbank van Vught. In 1899 werd onder burgemeester J. M. de Ruiter het raadhuis van Cromvoirt gebouwd. In 1918 werd burgemeester De Ruiter opgevolgd door burgemeester Adrianus van Rijswijk, die tevens burgemeester van Helvoirt was. Op 1 januari 1933 werd de zelfstandige gemeente Cromvoirt opgeheven. Het dorp, dat toen 733 inwoners telde, werd toen bij Vught gevoegd. Deuteren, een gehucht onder Cromvoirt, kwam toen bij ’s-Hertogenbosch.

Bron: Anton van Oirschot: Drie Heerlijkheden aan de Lei; Gemeentegids Vught.