Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 08-01-2020

Eenmaal

betekenis & definitie

Dit woord, dat dikwerf in de Heilige Schrift voorkomt, nemen wij hier alleen in den zin, waarin het gebezigd wordt in Hebr. 9 : 26. De voorrang van het Nieuw-Testamentische verzoeningsoffer boven het Oud-Testamentische is in Hebr. 9 aangegeven.

De hoogepriester mocht 1° slechts in het heiligdom, door menschenhanden gemaakt (vs. 24); 2° ook daarin slechts eenmaal ’sjaars op den Grooten Verzoendag intreden (vs. 7) (zelfs op dien dag eerst, nadat hij zichzelven en dan het volk ontzondigd had, Lev. 16); 3° met dierenbloed en moest 4° dit jaarlijks herhalen (vs. 1—9). Christus daarentegen is 1° in den hemel zelf, 2° met zijn eigen bloed, zooals het ter verzoening noodig is, 3° eenmaal (vs. 26, 28) ingegaan en heeft daardoor voor alle zonden genoegdoening verschaft.

Evenals alle menschen (wegens hunne zonden) slechts eenmaal sterven moeten (vs. 27), zoo heeft ook Hij slechts eenmaal den dood gesmaakt, en daarmede de zonden van velen weggenomen (vs. 28). En, evenals bij de menschen op den dood het oordeel volgt, zoo ook bij Hem, maar in dezen zin, dat Hij in heerlijkheid zal gezien worden op de wolken, want van een oordeel des doods kan geen sprake meer zijn bij Christus.

De zoo nadrukkelijk hier opgegeven leer van de verzoening slechts door bloed en hoofdzakelijk van het eenmaal gebrachte offer van Christus, is de meest afdoende wederlegging van het Catholieke misoffer, als van een onbloedig offer, een dagelijksche herhaling van het offer van Christus.