Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Damp

betekenis & definitie

In letterlijken zin komt dit woord voor in Gen. 2:6. In Jac. 4 : 14 wordt het gebruikt als beeld van het leven; vaak wordt hij genoemd in onderscheiding van den regen met andere verschijnselen der natuur: Hij doet dampen opklimmen van het einde der aarde; Hij maakt de bliksemen met den regen; Hij brengt den wind uit zijn schatkameren voort (Ps. 135 : 7; Jer. 10 : 13).

De „zwarte dampen des dags” in Job 3 : 5 zijn „dagverduisteringen” waarmede zonsverduisteringen kunnen zijn bedoeld. In den zin van wolken is hij bij Joël 2 : 2 met zijn dikke duisternis het beeld van naderend onheil of ook van de zonde : ik delg uwe overtredingen uit als een nevel (Jes. 44 : 22).

In Lev. 16 : 13 is nog sprake van den nevel des reukwerks, waarvoor in Ezech. 8 : 11 wordt gelezen: een overvloedige wolk des reukwerks.

< >