(Canis aureus). Dit is de in Palestina algemeen voorkomende j.soort.
In de beneden-Jordaanvallei en in de Negeb komt nog een andere soort voor. De j. is een krachtig gebouwd dier, vrij hoog op de poten met een tamelijk lange staart en korte oren. De huidskleur is een mengsel van roodachtig grijs en vuilwit. De snuit is spitser dan die van de wolf maar stomper dan van de vos. Hij vormt als het ware een schakel tussen deze twee dieren, maar lijkt in zijn levenswijze het meest op de vos. Overdag houdt hij zich schuil, maar tegen de avond begint zijn activiteit. Hij begint een gehuil uit te stoten om zijn soortgenoten bijeen te lokken, daar hij een zeer „gezellig” dier is. De j. vormen dan troepen, die soms uit 200 exemplaren bestaan en begeven zich in de nabijheid van steden en dorpen, aangelokt door de geur van aas, dat zij verkiezen boven elk ander soort van voedsel. Zij zwerven dan door de straten onder klagend gehuil, dat prompt beantwoord wordt door de eveneens rondzwervende paria-honden, hun bitterste vijanden. Hoewel ze nuttig zijn door het opruimen van aas, is de schade, die ze aanrichten veel groter. Zij roven alles, wat eetbaar is uit huis en hof, en de hoenders zijn evenmin veilig voor hen als voor de vos. In het droge jaargetijde drijft de honger hen naar de gecultiveerde streken.Vooral druiven zijn naar hun smaak, maar ook vernielen zij het koren, terwijl zij in de meloenen- en augurkenvelden grote verwoestingen kunnen aanrichten. Deze moeten dan ook in de zomer bewaakt worden, Jes. 1 : 8.
In de St. Vert. wordt de j. niet genoemd. Op verschillende plaatsen dient sjoeᶜāl (St. Vert. „vos”) toch door j. vertaald te worden. Simson kon wel de gezellig voorkomende j. vangen, maar geen 300 alleen levende vossen (Richt. 15 : 4). Ook Ps. 63 : 11 dient „j.” vertaald te worden, daar vossen geen aas eten. Eveneens is het waarschijnlijk dat tănnīm en tănnōth, dat in de St. Vert. altijd door „draken” wordt vertaald, op verschillende plaatsen (Jes. 34 : 11; Jer. 49 : 33 enz.) door „j.” weergegeven zal kunnen worden. Zie ook Vos.