Wat is de betekenis van samen?

2024-04-27
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

samen

samen - bijwoord uitspraak: sa-men 1. bij of met elkaar ♢ we gaan samen naar de markt 1. het is samen 100 gulden [totaal 100 gulden] 2. die twee hebben iets samen...

2024-04-27
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Samen

adv., meiinoar, byinoar, meielkoar, byelkoar.

2024-04-27
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Samen

SAAM, samentr. van TE ZAMEN, bw., 1. bij elkaar, in eikaars gezelschap, bijeen (als een geheel beschouwd): zij zitten samen voor het raam, staan samen aan de deur; — veelal wordt bij samen slechts aan twee personen gedacht (vgl. 6.); ook : allen bij elkaar : nu wij hier samen zijn, wil ik u een voorstel doen ; — ...

2024-04-27
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Samen

herstellingsoord i/h Zwitsersche kanton Obwalden, 5600 inw., 470 m boven zee.

2024-04-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

samen

werken('sa:mən) (werkte samen, heeft samengewerkt) 1. met elkander werken, arbeiden ; aan een boek -. 2. medewerken.

2024-04-27
Keur van Nederlandsche woordafleidingen

J.Pluim (1911)

Samen

staat voor tsamen en dit voor te samen (z. d.w.).

2024-04-27
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-27
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)