krak
krak - Tussenwerpsel 1. geluid wat ontstaat als iets breekt ♢ 'Pap, ik geloof dat ik weet wat een wonder is. Moet je horen: Twee oudjes hadden eens een kipje, en dat kipje heette Stipje. 't Legt een eitje voor de ouden, geen gewoon, maar een gouden. Man sloeg met een bezemsteel, maar het eitje bleef toch hee...