Jacobs
Jacobs - Eigennaam 1. genitief van Jacobs Jacobs - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord Jacob
Wiktionary (2019)
Jacobs - Eigennaam 1. genitief van Jacobs Jacobs - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord Jacob
Leendert Brouwer (2017)
Patroniem op basis van de voornaam Jacob met een -s (uit Jacobszoon). De geschiedenis van de Bijbelse voornaam gaat terug tot aartsvader Jacob. Bij zijn geboorte hield hij de hielen van zijn tweelingbroer Esau vast en daarom noemde men zijn naam Jakob (Hebreeuws ja'aqob 'hij greep de hiel').
Liek Mulder (1994)
Jacobs, Aletta Henriëtte, Nederlands feministe, *9.2.1854 Sappemeer, +10.8.1929 Baarn. Jacobs studeerde wis- en natuurkunde en medicijnen en promoveerde in 1879 in Groningen als eerste Nederlandse vrouw in de medicijnen. Zij vestigde zich vervolgens als arts in Amsterdam, waar zij beperking van het aantal kinderen propageerde op medische en sociale...
Dankers en Verheul (1965)
Philippe Marie Viktor (Viktor) (1838-1891) Belgisch r.-k. politicus en jurist. Voerde als kamerlid voor de Antwerpse Meetingpartij (1862-91) oppositie tegen de liberale kabinetten van Frère- Orban. Voorstander van gewestelijke autonomie. Minister van Openbare Werken (1870) en van Financiën (1870-71). Had als minister van Binnenlandse Za...
Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)
Aletta (1854-1929), de eerste vrouwelijke arts in Nederland en de eerste vrouwelijke doctor in de geneeskunde, een krachtig pleitbezorgster voor vrouwenemancipatie, algemeen kiesrecht en geboortebeperking.
Winkler Prins (1949)
Aletta H. (1854-1929), medica te Amsterdam, waar zij een kosteloze kliniek voor arme vrouwen hield en geboortecontrole propageerde, waar dit medisch of sociaal wenselijk leek. Strijdster voor vrouwenkiesrecht. Eerste vrouwelijke dr in de medicijnen.Victor (1838-1891), Belgisch politicus, R.K., was min. van Financiën i870-'7i, min. van Bin...
John Kooy (1933)
1) A. H. (1854/1929), Ned. feministe, eerste vr. studente a/e Ned. hoogeschool. 2) E. (1859/1931), Ned. beeldhouwer. 3) W. W., *1863, Eng. schrijver v. humorist, verhalen, meest over het zeeleven.
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
1° Christian Friedrich Wilhelm, Klassiek philoloog. * 6 Oct. 1764 te Gotha, ✝ 30 Maart 1847 aldaar. Met een korte onderbreking (1807-’10 in München) werkte hij in zijn geboortestad als leeraar, bibliothecaris en als directeur van het museum. Zijn bekendste uitg. is die der Gr. anthologie. J. werkte ook voor de meerdere ontwikkeling d...
Jozef Verschueren (1930)
('ja:kops) 1. (Victor) Belgisch staatsman, ° 1838 te Antwerpen, 1870-1871 minister van Financiën, 1884 minister van Binnenlandse Zaken en Onderwijs, deed een katolieke schoolwet aannemen, ✝ 1891 te Antwerpen. 2. (Eduard) Nederlands beeldhouwer, ° 8 juni 1859 te Amsterdam, ✝ 11 jan. 1931 te Laren; vervaardigde beeldhouwwerk voor h...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: