Wat is de betekenis van fruitteelt?

2024-04-29
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

fruitteelt

teelt van fruit. teelt van fruit; agrarische sector die zich met de fruitteelt bezighoudt. Voorbeelden: De hoge bodemvruchtbaarheid in Haspengouw is ideaal voor akkerbouw en het gebied is zeer geschikt voor fruitteelt. http://www.limburg.be/structuurplan/structuurplan/sterktes/systeem.html Zijn opa had hier een gemengd boeren...

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

fruitteelt

fruitteelt - Zelfstandignaamwoord 1. de tak van tuinbouw die zich bezighoudt met het telen van fruit De Betuwe is bekend om haar fruitteelt. Woordherkomst samenstelling van fruit en teelt

2024-04-29
Encyclopedie van het milieu

Oosthoek (1984)

fruitteelt

het telen van eetbare vruchten aan overblijvende gewassen. Omdat in Nederland en België de appel de meest geteelde vrucht is, lijkt het verantwoord slechts van de appelteelt enkele milieu-aspecten nader te belichten. Voor de Tweede Wereldoorlog werden appels vnl. aan hoogstammen geteeld (70 bomen/ha). Tegenwoordig wordt algemeen gebruik gemaak...

2024-04-29
Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

FRUITTEELT

Teelt van eetbare vruchten voortgebracht door houtige gewassen (ergo exclusief aardbeien). In de volle grond wordt groot fruit (appel, peer, pruim, kers) en klein fruit (bessen, bramen, frambozen) geteeld; onder glas: druif, perzik en pruim. Een andere onderscheiding is hard fruit (appel, peer), tegenover zacht fruit (pruim, kers, perzik, druif, fr...

2024-04-29
Encyclopedie van het hedendaagse Friesland

Gerben Abma (1976)

FRUITTEELT

zie Tuinbouw.

2024-04-29
Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

FRUITTEELT

De oppervlakte F. in Frl. bedraagt 514 ha, waarvan 2 ha onder glas, 124 ha klein fruit en 388 ha pit- en steenvruchten (Nederland in 1955 resp. 538, 2974 en 55 761 ha) (bron: C.B.S.). De 124 ha klein fruit komen in hoofdzaak voor als onderteelt van pit- en steenvruchten, terwijl van de 388 ha pit- en steenvruchten ca. 250 ha voor de handel en de re...

2024-04-29
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Fruitteelt

Onder f. moeten wij voorn, het kweken van eetbare vruchten aan houtige gewassen verstaan, alhoewel de cultuur van de aardbei en de meloen ook wel tot de f. gerekend worden. Men verdeelt de vruchtsoorten die in Ned. voorn, geteeld worden in de volgende groepen: 1. pitvruchtigen: appel, peer, mispel en kweepeer; 2. steenvruchtigen: kers, morel, prui...

2024-04-29
Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

FRUITTEELT

BEGRIP De fruitteelt omvat de teelt van vruchten aan houtige gewassen en bestemd voor menselijke consumptie. De nadruk ligt hierbij op houtige gewassen; het kweken van aardbeien, meloenen enz. valt niet onder de fruitteelt. In Nederland komen de volgende 28 fruitsoorten voor: abrikoos, amandel, appel, blauwe bes, bottelroos, boysenbes, druif, framb...

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Voedings en Genotsmiddelen

dr. M. Wagenaar (1938)

Fruitteelt

Fruitteelt - De meeste van onze vruchten worden niet zooals groenten, granen en peulgewassen, uit zaad verkregen, maar voortgeplant door enten of stekken. Oorspronkelijk stammen onze vruchtboomen af van wilde soorten. Onze appel is bijv. van de wilde boschappel en de paradijsappel afkomstig. Door onderlinge kruising zijn de hedendaagsche soorten on...