Fiolen laten zorgen
onbezorgd zijn, zich niet bekommeren om hetgeen gebeurt; Gods water over Gods akker laten lopen. De uitdrukking komt sedert de middeleeuwen voor: in een gedicht Van den verloren kinderen (in Van Vrouwen ende van Minne, ed. Verwijs) wordt gezegd (p. 95) dat zij „haar schuit laten hopen ende die fyolen laten sorgen”. Verwijs noemde de oor...