Wat is de betekenis van bezwaren?

2023-06-10
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

bezwaren

bezwaren - Werkwoord 1. (ov) belasten Hij werd bezwaard met een hypotheek. bezwaren - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord bezwaar Woordherkomst afgeleid van zwaar met het voorvoegsel be- en met het achtervoegsel -en

Lees verder

Direct toegang tot alle 9 resultaten over bezwaren?

Word nu vriend van Ensie
2023-06-10
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

bezwaren

bezwaren - regelmatig werkwoord uitspraak: be-zwa-ren 1. iemand last of schuldgevoel bezorgen ♢ het bezwaart mij dat hij zo hard moet werken Regelmatig werkwoord: be-zwa-ren ik bezwaar j...

Lees verder
2023-06-10
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Bezwaren

v., biswierje.

2023-06-10
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bezwaren

(bezwaarde, heeft bezwaard), 1. een last doen dragen, beladen : de veiligheidsklep met gewichten bezwaren; 2. oneig.: een huis bezwaren, hypotheek op een huis nemen; — een met schulden bezwaarde nalatenschap ; — die spijs bezwaart mijn maag, kan ik moeilijk verteren; dat bezwaart mij te veel, dat is te lastig, te duur voor mij ; 3. (fi...

Lees verder
2023-06-10
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bezwaren

bezwaarde, h. bezwaard (1 iem. of iets met [iets stoffelijks] belasten, beladen; 2 iems. geest, zintuig, lichaamsdeel in zijn werkzaamheid hinderen, drukken): 1. een brug met gewichten bezwaren om de draagkracht te onderzoeken; een zolder te veel bezwaren; 2. hun ogen waren bezwaard, Matth. 26 : 43; zijn geweten bezwaren; die spijs bezwaart mijn ma...

Lees verder
2023-06-10
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Bezwaren

Bezwaren - (Ned. Recht) is de rechtshandeling, waardoor iemand zijn onroerend goed met ➝ hypotheek „bezwaart”, ten einde het aldus tot onderpand te doen strekken voor een door hem aangegane, op geld waardeerbare verplichting. Bezwaren in strafzaken (Belg. Recht) zijn vermoedens van schuld, welke op een bepaalden persoon wegen. Wanneer de onderzoeks...

Lees verder
2023-06-10
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

bezwaren

(bə'zwa:rən) (bezwaarde, heeft bezwaard) 1. een last doen dragen : een arm van een balans met een gewicht –. 2. de werkzaamheid er van hinderen, drukken : de geest –. 3. de lichtheid er van verminderen : zinnen met aanhangsels bezwaard. 4. hypoteek nemen op : een huis –. 5. belasten : zijn geweten is met de misdaad bezwaard.

Lees verder
2023-06-10
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bezwaren

(bezwaarde, heeft bezwaard), 1. een stoffelijke last doen dragen, beladen: de veiligheidsklep met gewichten bezwaren; 2. oneig.: een huis bezwaren, hypotheek erop nemen; dat bezwaart mij te veel, dat is te lastig, te duur voor mij; 3. (fig.) de druk van een schuld doen gevoelen: zijn geweten is met een misdaad bezwaard; ook: schuld leggen op: ik wi...

Lees verder
2023-06-10
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Bezwaren

BEZWAREN, (bezwaarde, heeft bezwaard), zwaar maken, beladen de veiligheidsklep met gewichten bezwaren; eene brug met gewicht bezwaren, om sterkte en doorbuiging te onderzoeken; — een huis bezwaren, hypotheek op een huis nemen; — die spijs bezwaart mijne maag, kan ik moeilijk verteren; — (fig.) zijn geweten is met de misdaad bezw...

Lees verder