Atletiek- en turnwoordenboek

Jan Luitzen (2008)

Gepubliceerd op 31-07-2017

straddle

betekenis & definitie

(de; -s) so veroud. - manier van springen bij het hoogspringen (een van de rolsprongen) waarbij de atleet met de buik naar de lat gekeerd en met gespreide benen om de lat rolt; wentelt de hoogspringer zijn lichaam over de lat in horizontale positie evenwijdig met de lat, dan is er sprake van een parallelstraddle; zet de atleet met hoofd en romp op het hoogste punt van de sprong een duikactie in, dan is het een duikstraddle, syn. buikrol. Herkomst: Eng. (gespreid zijn (van henen))