De grote encyclopedie van het antiek

Jan Durdik en anderen (1970)

Gepubliceerd op 02-12-2020

Zes Dynastieën

betekenis & definitie

(of de Noordelijke en de Zuidelijke Dynastieën. 220-589), algemene, doch onjuiste benaming voor een tijdperk van politieke verwarring in de Chinese geschiedenis, gelegen tussen de val van de Han-dynastie en de hereniging van China onder Sui-dynastie. Na de val van de perfect georganiseerde staat onder de Han-keizers, raakte China verwikkeld in een reeks burgeroorlogen, resulterend in een splitsing in Noord- en Zuid-China.

In Nanking werd een nieuw regime gevestigd, bestaande uit zes elkaar opvolgende dynastieën: Wu (220-280, Oostelijk Chin (317-420), Liu Sung (420-479), Zuidelijk Ch'i (479-502), Liang (502-557) en Ch’en (557-591). In het noorden werd door de Toba's (Turkse nomaden) de Wei-dynastie (386-535) gesticht, maar het bestuur bleef in handen van Chinese aristocraten. Kunsthistorisch is in dit tijdperk Noord-China het belangrijkste geweest, het boeddhisme kreeg hier in deze eeuwen vaste grond, hetgeen van grote invloed is geweest op de ontwikkeling van de kunsten. Een andere factor, die speciaal aan de keramische kunst nieuwe impulsen heeft gegeven was de ontdekking van een grof soort kaolien, waarmee een zeer hard gebakken steengoed met geelgrijze scherf lol stand kwam. Men heeft aan dit steengoed de naam proto-porselein gegeven. Het beroemde yüeh, een voorloper van het celadon, stamt eveneens uit deze tijd.

Ten slotte is het gebruik aan de doden grafgiften (ming eh’i) mee te geven in het tijdperk van de Zes Dynastieën ontstaan, dwz. de Chinezen namen het van de eerder genoemde Toba's over. Schitterend zijn de paardensculpturen uit de in de provincie Honan ontdekte graven.