1. (bouwk.) S. vormen de ondersteuning van het dak van een gebouw overdwars. Bij de kas zijn ze meestal van ijzer en dan vaak van I profiel, soms ook van buisprofiel (weinig licht wegnemend), soms van vakwerk.
Ook de verwarmingspijpen worden wel als s. gebruikt. Smalle kassen (3 m) zijn veelal zonder spanten (z. ook Kassen).2. (bosb.) Ned. houtsortiment bestaande uit geschilde, rechte, gezonde stammen van 4-12 m lengte met een diameter van 10-16 cm in het midden van de stam gemeten. Ze komen in afmetingen overeen met de zwaarste balkslieten.