Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Papaver

betekenis & definitie

Plantengesl. der Papaveraceae met ca 25 soorten, gekenmerkt door de vroeg afvallende kelkbladen en de op een vlakke plaat bevestigde stempels. Het zijn 1- en 2-jarige of overblijvende, melksap bevattende planten.

De p. zijn dikwijls borstelachtig behaard, de bladeren zijn meestal gelobd of geveerd. De bloemstengels zijn lang, met 1 bloem, de knop meestal knikkend, de bloemen opvallend gekleurd, rood, violet, geel of wit. De 3 inheemse soorten zijn akkeronkruiden. P. rhoeas L., klaproos, voorkomend in het koren op kleigronden, heeft grote, rode bloemen met een zwarte vlek aan de voet van de kroonbladeren en ronde kale zaaddozen: haar verspreidingsgebied is Eur., N.Az., N. en O.Afr.: in N. Am. verwilderd. In de cultuur zijn verschillende rassen bekend als Shirleby-p.P. dubium L, kleine klaproos, die evenals de volgende soort meer aangetroffen wordt op zandige akkers, heeft langwerpige zaaddozen, terwijl P. argemone L., de ruige klaproos, langwerpige, ruw behaarde zaaddozen heeft. Deze 3 soorten zijn 1-jarig en bloeien van Mei-Juli.

Gekweekt worden o.a. P.somniferum L., slaapbol of maanzaad, een kale, 1-jarige, tot 1 m hoge plant met blauwgroene, langwerpige-eironde grofgetande bladeren met golvende rand en grote witte bloemen met donkerviolette vlek aan de voet der kroonbladeren. Uit het melksap wordt opium (z.o.), uit het zaad wordt olie gewonnen.

P.nudicaule L., naakte of IJslandse p., zodenvormend, overblijvend, met blauwgroen veerdelig blad en gele, rode, oranje of witte bloemen, wordt veel als snijbloem gekweekt. Stamvorm in de gebergten van Eur. tot O. Azië.
P.oriëntale L., oosterse p., is de stamvorm van de bekende groolbloemigc, stijfbehaarde tuinp., waarvan hier de volgende genoemd worden: Sturmfackel, met stevige, middelhoge stengels en mandarijnrode bloemen; Ferrys White, wit met donkerviolette vlekken; Wunderkind, zeer groot, karmijnrood; Marcus Perry, enorm grote bloemen, oranje scharlaken met zwarte vlekken; May Queen, vroeg, gevuld, papaverrood; Samnon Glow, halfgevuld, schotelvormig, papaverrood; Vuurkogel, kleine, gevulde, rode-peper-kleurige, kogelronde bloemen, op dunne, ca 30 cm lange, rechtopstaande, stevige stengels; vermoedelijk een hybride tussen een P.orientale-vorm en P.nudicaule. De soorten P.somniferum en P.rhoeas vinden med. toepassing. De eerstgenoemde soort levert opium Ned. Ph. Ed. V). In de voornaamste opium producerende landen worden vooral 3 var. van P. somniferum voor opiumwinning gekweekt, t.w.:
P.s. var. glabrum (Macedonië, Anatolië en Egypte), P.s. var. album (India en Iran), P.s. var. setigerum (Macedonië). Ook de onrijpe vruchten (.Fructus Papaveris, Ned. Ph. Ed. V) van P. somniferum worden in de geneesk. gebruikt. Van P. rhoeas worden de kroonbladeren (Petala Rhoeaclos, Ned. Ph.Ed. V) voor pharmaceutische doeleinden ingezameld. De kroonbladeren bevatten als voornaamste bestanddelen slijmstof, de rode kleurstof mecocyanine en de alkaloïden rhocadine en een weinig morphine.

< >