Worden de erfelijke eigenschappen van een F1 onafhankelijk van elkaar verdeeld over zijn nakomelingen in de F2,, dan spreekt men van o.s. Deze treedt i.h.a. op als de eigenschappen gelocaliseerd zijn in verschillende chromosomen.
Zijn 2 eigenschappen gelocaliseerd in hetzelfde chromosoom dan treedt vaak koppeling op (z. ook Mendelwetten en Mendelsplitsing).