Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Narust

betekenis & definitie

Wanneer een plantendeel, ondanks het beëindigen van een (dikwijls op inwendige omstandigheden berustende) rusttoestand, nog geen groeiverschijnselen vertoont, kan men spreken van n. Het wachten is dan op bepaalde gunstige uitwendige omstandigheden voor het afbreken van de rust.

Pas wanneer deze rust overgegaan is in de toestand van n. kunnen b.v. de knollen van aardappel en topinamboer onder daarvoor gunstige omstandigheden spruiten vormen (z. ook Forceren).Narijpen

Veranderingen, die zich na de oogst voltrekken, totdat de toestand van volledige rijpheid bereikt is.

1. (akkerb.) Bij de oogst is gewoonlijk het vochtgehalte van zaad en/of stro te hoog voor een veilige bewaring. Men laat dan in hokken of schelven op het veld of bijeengereden in de tas n. N. kan ook nodig zijn voor het opheffen van de bij de oogst soms aanwezige kiemrust.
2. (tuinb.) Vele herfstvruchten hebben bij het plukken nog niet de kleur en smaak die zij bezitten, als zij tot volledige rijpheid zijn gekomen. Later plukken is echter niet steeds mogelijk, daar het narijpingsproces in de winter valt. Men zorgt er voor, dat het n. in een langzaam tempo geschiedt, daar het voordeel oplevert om de vruchten laat in het seizoen te verkopen. Men doet dit door het bewaren in gekoelde cellen en in minder gekoelde cellen, waarin men een bepaald gasmengsel met een hoog percentage kooldioxyde handhaaft, z.g. gasbewaring.

Peren en bananen worden kunstmatig in het eetrijpe stadium gebracht in ruimten met een temp. van ca 20°C en een relatieve vochtigheid van ca 95%. Na enkele dagen is dan het rijpingsproces, dat bij de oogst en na de bewaring nog niet was afgesloten, tot voleinding gebracht. Aethyleentoediening kan het n. bevorderen.